Het hing maandenlang in de lucht, maar Max Verstappen heeft
eindelijk duidelijkheid gegeven: ook in 2026 blijft hij bij Red Bull Racing.
Een beslissing die niet alleen rust brengt in Milton Keynes, maar ook
opluchting in Brackley. George Russell kan opgelucht ademhalen. Russell kan opgelucht ademhalen
De geruchten dat Verstappen de overstap naar Mercedes zou
maken, waren talrijk en hardnekkig. En als dat was gebeurd, had Russell weleens
het kind van de rekening kunnen worden. De Duitse renstal lijkt namelijk
vastbesloten om in te zetten op de jonge Andrea Kimi Antonelli, en dan zou er
simpelweg geen plek meer zijn voor Russell in het team waarvoor hij sinds 2022
rijdt.
Nu Verstappen bij Red Bull blijft, lijkt de weg vrij voor
een contractverlenging van Russell bij Mercedes. Die aankondiging zal
vermoedelijk niet lang op zich laten wachten.
Was Verstappen wél naar Mercedes gegaan, dan had dat voor
Russell grote gevolgen gehad. Ferrari en McLaren hebben hun line-ups al
vastliggen voor volgend seizoen. De enige topzit waar nog beweging mogelijk
was, was die van Hamilton – de plek die Verstappen dan zou hebben ingevuld.
Een overstap naar Red Bull was voor Russell bovendien
nauwelijks een optie geweest. Niet alleen omdat de combinatie
Verstappen–Russell op papier weinig harmonieus oogt, maar ook vanwege de Red
Bull-cultuur, die niet bepaald past bij Russells meer politiek correcte
uitstraling.
Geen Cadillac, Alpine of Aston Martin voor Russell
En dus zou Russell zijn opties hebben moeten zoeken bij
teams als
Cadillac, Alpine of Aston Martin. Maar bij Aston zijn de stoeltjes
bezet door Alonso en de onvermijdelijke Lance Stroll. Cadillac is nog in opbouw
en mikt op een debuut in 2028 met eigen motoren. Dat is voor een coureur met
racezeges op zijn naam en een opleiding binnen het Mercedes-programma simpelweg
geen aantrekkelijke stap.
Door trouw te blijven aan Red Bull, heeft Verstappen dus
niet alleen zijn eigen pad helder gemaakt – hij heeft ook voorkomen dat George
Russell op een vervelend kruispunt belandde. Een stap die voor de Nederlander
logisch is, maar voor Russell kan voelen als een reddingsboei.