Een schorsing is een van de zwaarste straffen die de FIA
kan opleggen aan een Formule 1-coureur. Zelden komt het zover, maar toch
gebeurt het soms wel. Terwijl Max Verstappen momenteel op elf strafpunten staat
– slechts één punt verwijderd van een schorsing – werpen we een blik op de F1-coureurs
die eerder daadwerkelijk een schorsing hebben gekregen. Kevin Magnussen (2024)
De meest recente schorsing was voor Kevin Magnussen, die in 2024 twaalf
strafpunten verzamelde. Het breekpunt kwam op Monza, waar hij bij een mislukte
inhaalactie Pierre Gasly raakte. Die tik leverde hem twee extra strafpunten op,
bovenop eerdere straffen voor onder andere botsingen in Saudi-Arabië, China en
Miami. Magnussen was furieus over de beslissing en vond dat er helemaal niets
aan de hand was, maar de regels zijn duidelijk: twaalf punten betekent
automatisch één race vanaf de zijlijn toekijken.
Romain Grosjean (2012)
Grosjean was in 2012 de eerste coureur in bijna twee decennia die een
raceverbod kreeg. In Spa veroorzaakte hij op de eerste ronde een megacrash
waarbij onder meer Hamilton, Alonso en Perez uitvielen. De FIA oordeelde hard: Grosjean kreeg een schorsing voor de
volgende race in Monza en werd vervangen door de Belg Jerome d’Ambrosio, die tegenwoordig de Ferrari Driver Academy leidt.
Jacques Villeneuve (1997)
Villeneuve kreeg een schorsing tijdens
het titelgevecht met Michael Schumacher in 1997, nadat hij onder geel te hard reed tijdens de
kwalificatie in Japan. Omdat het al zijn vierde soortgelijke overtreding was,
werd zijn straf niet langer opgeschort. Williams ging in beroep, waardoor hij
toch aan de race mocht meedoen, maar zijn vijfde plaats werd achteraf alsnog
geschrapt.
Michael Schumacher (1994)
In Silverstone 1994 kreeg Schumacher een zwarte vlag voor het negeren van een
straf, maar bleef toch doorrijden. Pas later volgde een diskwalificatie én een
schorsing van twee races. Die werd pas enkele weken later ingeroepen, waardoor
hij de races in Italië en Portugal moest missen.
Mika Hakkinen (1994)
Ook Hakkinen kreeg dat jaar een raceban opgelegd. Eerst kreeg hij een
voorwaardelijke schorsing na een incident op Silverstone, maar die werd direct
verzilverd toen hij in Hockenheim een kettingbotsing veroorzaakte. De Finse
McLaren-coureur moest daardoor de volgende race vanaf de zijlijn toekijken.
Eddie Irvine (1994)
Irvine werd in zijn eerste seizoen bij Jordan geschorst na een incident met meerdere auto's in Brazilië. Zijn team ging in beroep, maar dat pakte
verkeerd uit: de straf werd verhoogd van één naar drie races. De FIA wilde een
duidelijk signaal afgeven na een reeks roekeloze acties van de Ier.
Nigel Mansell (1989)
Mansell negeerde in Estoril een zwarte vlag nadat hij in de pitstraat achteruit
was gereden – wat niet mag. Vervolgens ramde hij Ayrton Senna van de baan in
een roekeloze actie, wat hem op een schorsing én een boete van 50.000 dollar kwam te
staan. De Brit moest daardoor de Spaanse GP missen.
Riccardo Patrese (1978)
Na een fatale startcrash in Monza, waarbij Ronnie Peterson om het leven kwam,
werd Patrese aangewezen als hoofdschuldige. Meerdere topcoureurs dreigden niet
te rijden in de volgende race als hij niet geschorst werd. De Italiaanse
rechter greep zelfs in om de schorsing tegen te houden, maar tevergeefs:
Patrese werd verboden deel te nemen aan de GP van de VS.
Verstappen op scherp na botsing met Russell
Na zijn botsing met George Russell in Spanje staat Verstappen nu op elf
strafpunten – één verwijderd van de limiet van twaalf. De komende races zullen
cruciaal zijn: pas als er punten vervallen, is Verstappen weer buiten schot. De
eerste punten voor de
Red Bull Racing-coureur vervallen eind juni.
Max Verstappen tijdens het Grand Prix-weekend in Barcelona.