Terug in de tijd: chaos en veel brokstukken in Belgische GP van ‘98

Algemeen

grand prix belgië 1998 terugblik
25 juli 2023 om 21:09

Soms is een Grand Prix snel weer vergeten, in andere gevallen wordt er nog vele jaren later over gesproken. De race op Spa-Francorchamps van 1998 valt overduidelijk in de laatste categorie. Exact 25 jaar geleden gebeurde er tijdens de Belgische GP zóveel, dat die editie met recht de boeken is ingegaan als één van de meest krankzinnige races ooit in de Formule 1 verreden. Een terugblik op een dag vol chaos en vooral met heel veel brokstukken.

Spa berucht om de weersveranderingen

Net zo beroemd als berucht is de Belgische Grand Prix op het circuit van Spa-Francorchamps om zijn extreme weersveranderingen. Op het ene deel van de baan kan het kurkdroog zijn, terwijl verderop de regen met bakken uit de hemel komt vallen. En als het dan regent, dan regent het flink. Nat was het ook in 1998, heel nat zelfs. De omstandigheden waren daardoor zo slecht, dat David Coulthard direct na de start met zijn McLaren bij het uitkomen van La Source even op het gras kwam, waarna zijn wagen onbestuurbaar werd. De Schot schoof diagonaal over de baan, in zijn crash liefst twaalf (!) collega’s meenemend.

Eddie Irvine (Ferrari), Alexander Wurz (Benetton), Rubens Barrichello (Stewart), Johnny Herbert (Sauber), Olivier Panis (Prost), Jarno Trulli (Prost), Mika Salo (Arrows), Pedro Diniz (Arrows), Toranosuke Takagi (Tyrrell), Ricardo Rosset (Tyrrell), Shinji Nakano (Minardi) en Jos Verstappen (Stewart); allemaal waren ze slachtoffer van deze megaklapper. Het duurde een uur voordat alle brokstukken opgeruimd waren en de race hervat kon worden, opnieuw in de regen.


Opnieuw Coulthard het middelpunt

Indertijd was het toegestaan om een reserveauto te gebruiken, dus de meeste coureurs konden aan de herstart deelnemen. Van enige voorzichtigheid - tenslotte zou een gewaarschuwd mens voor twee tellen - was bij de tweede poging geen sprake. Nadat de lichten opnieuw op groen waren gegaan, verloor kampioenschapsleider Mika Hakkinen in de eerste bocht de controle over zijn McLaren, om daarna te worden aangereden door Herbert. Voor beiden was het einde wedstrijd. Coulthard, de aanstichter van de ellende bij de eerste start, had eveneens een ongeluk: hij kwam in contact met Wurz. De Oostenrijker viel uit, Coulthard kon als nummer laatst zijn weg vervolgen.

Later in de race kreeg Coulthard opnieuw alle spotlights op zijn gericht. De Schot zag in zijn spiegels koploper Michael Schumacher naderen, nam daarom gas terug en dacht dat de Duitser hem makkelijk zou passeren. Maar de Ferrari-man had helemaal niet verwacht dat Coulthard langzamer ging rijden. Hij knalde achter op de McLaren, om op drie wielen nog de pits te bereiken. Exit voor Schumacher, die ervan overtuigd was dat zijn concurrent een breaktest op hem had uitgevoerd. Woedend stormde ‘Schumi’ naar de garage van McLaren. Personeel van het Engelse team en van Ferrari hadden de nodige moeite om Schumacher ervan te weerhouden Coulthard aan te vliegen.


Laatste zege voor Hill

Om het allemaal nog gekker te maken: weinig later gebeurde op precies hetzelfde punt bij Pouhon een soortgelijk ongeval, waarbij ditmaal Giancarlo Fisichella de wagen van Nakano van achteren aanreed. De Italiaan verloor daarbij zelfs twee wielen én zijn Benetton vatte kortstondig vlam. Kwam er dan helemaal niemand over de finish? Zeker wel! Het was Damon Hill die met de bescheiden Jordan de gehele middag uit de problemen was gebleven en teambaas Eddie Jordan een onverwacht feestje liet vieren. Op het podium ontmoette Hill teamgenoot Ralf Schumacher en Jean Alesi (Sauber).

Achteraf bleek de zege van de Brit nóg een historisch moment te zijn: het was namelijk de laatste overwinning van de enkelvoudig wereldkampioen in de Formule 1. In totaal won hij gedurende zijn loopbaan 22 Grands Prix.