F1 Nieuws
Nieuwe 'bandendegradatiemeter' in Formule 1 misleidend volgens Pirelli
Richard Verweij
Wie wel eens een Formule 1-game heeft opgestart, zou bekend zijn met de bandendegradatiemeter. Zo zie je in één oogopslag welke band het meest naar z’n grootje is en welke het minst. Perfect, zo dacht de Formule 1: ‘Dat moeten we ook in het echt hebben!’ En zo geschiedde dat in Japan een dergelijke statistiek verscheen op de TV. Eén probleem; Bandenboer Pirelli meent geen enkele data over de banden aan te leveren voor die toevoeging.
Door middel van een overzichtelijk percentage per band, zag elke fan direct over de boordradio’s van Lewis Hamilton over blaren op zijn banden waar of niet waar waren. Volgens Pirelli is dat misleidend, aangezien het aflezen van bandendegradatie tijdens een race nagenoeg onmogelijk is in de echte wereld der Formule 1.
“Ik was verbaasd om het te zien”, meent Mario Isola van Pirelli bij RaceFans.net. De Italiaan gaat zelfs zover door te stellen dat de getoonde data ‘misleidend’ is. “En de data komt niet van ons. We zullen met hen praten om het beter te begrijpen, aangezien het voor ons uit het niets kwam in Suzuka.”
“Het is ontzettend lastig om het slijtage in kaart te brengen. We kunnen wel schatten, aan de hand van gemiddelden, maar dan baseer je de conclusie op alle verschillende auto’s. Daarnaast maakt het ook nog uit of je in vrije lucht rijdt, of dat je brandstof spaart. Als je verwacht dat je 25 rondjes kan doen en dan na tien ronden zegt: ‘Nu zijn er nog maar 15 over’, dan is dat niet precies.”
“Daarnaast denk ik ook dat het iets is dat teams maar al te graag willen weten. Als je een betrouwbare verwachting hebt wat betreft slijtage, geeft je dat als team een gigantisch voorddeel. Logischerwijs is dat dus informatie die niet gemakkelijk te verkrijgen is.”
