F1 Nieuws
Gaat Binotto te ver met het vertroetelen van Leclerc?
Reed Charles Leclerc nou wel of geen goeie race in Monaco? Volgens Binotto deed de Monegask maar weinig fout.
De race van Ferrari-lieveling Charles Leclerc in Monaco ging niet bepaald van een leien dak. Het verhaal is je zeer waarschijnlijk al bekend: na een misrekening in de kwalificatie moest de jonge coureur vanaf een vijftiende plek starten. Dat noopte hem tot een inhaalrace op het circuit waar inhalen voelt als een komkommer door een sleutelgat te willen stoppen.
Dat ging heel even goed, maar dat Charles Leclerc geen Max Verstappen is, bleek al vlot. Leclerc probeerde Nico Hulkenberg te verschalken in het superkrappe deel van Rascasse, waar hij een ronde eerder ook Romain Grosjean verschalkte. Daar ging het echter mis, en Leclerc spinde bijna. Een typisch voorbeeld van té opportunistisch rijden, zou je denken. Toch bleef een straf uit, en ook kritiek bleef uit.
Leclerc bleek daarna zijn band lek gereden te hebben. Maar in plaats van rustig door te rijden, scheurde de Monegask door alsof-ie nog een vlucht moest halen. Daardoor sloeg de kapotte band zijn bodywork aan gort, waarmee Leclerc tegelijkertijd zijn kansen op het uitrijden van de race verspeelde.
Je zou denken dat die combinatie van die twee factoren op z'n minst gefronste wenkbrauwen zou opleveren bij Ferrari. Dat de nog zo jonge coureur daarop aangesproken zou worden. Zo niet bij deze renstal onder Mattia Binotto. Integendeel, Ferrari is alleen maar zelf door het stof gegaan. Leclerc komt er grotendeels kritiekvrij vanaf. Sterker nog: zijn teambaas verdedigt het rijgedrag zelfs.
Tegen Motorspeed Week zegt Binotto: 'Charles had een sterke start, wetende dat we moesten vechten nadat zijn race negatief was beïnvloed door wat er gebeurd was in de kwalificaties. Het was een goed begin, maar een agressieve rijstijl neemt altijd risico's met zich mee.'
'Hij had een paar mooie inhaalmanoeuvres, maar zijn laatste was misschien net iets teveel geprobeerd. Maar dat is de juiste attitude. Hij toonde dat hij nooit zal opgeven.'
