Mercedes-directeur Allison legt uit: 'Je kunt niet te dichtbij komen'
Technisch directeur van Mercedes, James Allison, is van mening dat er nog genoeg verschillen kunnen zitten in de Formule 1-auto’s van de huidige generatie. Het seizoen van 2024 staat voor de deur. Dit wordt inmiddels al het derde seizoen waarbij de auto’s grondeffect hebben. Sinds 2022 is Red Bull Racing verreweg de sterkste van de grid, maar Allison ziet mogelijkheden.
“Ik denk dat de meeste teams dezelfde weg bewandelen, maar dat betekent niet dat er geen ruimte voor innovatie meer is”, zo legt hij uit bij Motorsport.com. “Het is geen geheim dat de auto's de meeste performance hebben als ze dicht bij de grond liggen, maar je kan niet te dicht op de grond komen.”
Mercedes-man Allison: 'Nog genoeg actie op dat gebied'
Allison legt uit dat het een zoektocht is naar een oplossing waarbij de wagen zo laag mogelijk over het asfalt kan. "Het moet wel binnen de regels van het afslijten van de ‘skid blocks’ blijven. Het [laag afstellen] zorgt ook voor de meeste downforce die de auto kan produceren. Er is nog genoeg actie op dit gebied”, legde de Brit uit.
In het weekend van 2 maart wordt de eerste Grand Prix van het nieuwe seizoen verreden. Dan zal voor het eerst duidelijk worden welke auto’s in het nieuwe seizoen erg competitief zijn, en welke wat minder. De data waarop de F1-bolides onthuld worden kun je hier vinden. Red Bull lanceert de wagen op 15 februari, Mercedes doet dat één dag eerder op 14 februari.