Red Bull-monteur treurt niet na verbroken record, maar: ‘Wil het wel terug'

Red Bull Racing was lange tijd de koning van de pitstops in de Formule 1. Het Oostenrijkse team zette de ene na de andere bloedsnelle pitstoptijd neer en had in de Grand Prix van Brazilië in 2019 voor het laatst het record aangescherpt. McLaren verbrak dat record echter afgelopen Grand Prix, in Qatar. Red Bull-monteur Calum Nicholas is niet geïrriteerd na het verbroken record, maar zou het uiteraard wel graag terug willen.

McLaren verbreekt record Red Bull

Tijdens de Braziliaanse Grand Prix in 2019 wist Red Bull de banden van Max Verstappen te wisselen in een tijd van 1,82 seconden. Hiermee verbrak Red Bull hun eerdere eigen record wat betreft de snelste pitstop ooit in de Formule 1. Het record van de Oostenrijkse constructeur werd dus na ongeveer vier jaar verbroken, door McLaren. Het Britse team voerde de pitstop van Lando Norris in Qatar uit in slechts 1,80 seconden.

Bekijk hier het pitstoprecord van McLaren.

There’s fast and then there’s THIS!

The moment a new F1 pit-stop world record was set! #QatarGP pic.twitter.com/M7fJrGBiRc

— McLaren (@McLarenF1) October 9, 2023

Red Bull-monteur niet getreurd na verbroken record

Bekend Red Bull-monteur Calum Nicholas was te gast bij Sky Sports en daar werd gevraagd naar het nieuwe record. “Ik ben totaal niet geïrriteerd door McLaren. Ze hebben fantastisch werk geleverd. Dat is waar het om gaat in deze sport. Het maakt niet uit waar je staat, er is altijd iemand die je op de hielen zit. Deze gasten hebben heel hard gewerkt aan hun pitstops en er veel uren ingestopt”, vertelt Nicholas.

Volgens de monteur van Red Bull heeft McLaren niet afgekeken bij het Oostenrijkse team. “Ik zou graag willen zeggen dat wij hen geïnspireerd hebben, maar dat is niet zo. Ze hebben het geweldig gedaan en we zijn totaal niet geïrriteerd. Aan de andere kant zou ik het natuurlijk wel heel graag weer terug willen. Ik kan me voorstellen dat al mijn collega’s daar hetzelfde over denken. Nu is het gewoon zaak om ons te blijven focussen en veel te oefenen. Dan gaan we wel zien of het terug kunnen krijgen naar de plek waarvan wij geloven dat het thuis hoort.”