NTT IndyCar Series
Algemeen
Wéér pech voor Rinus VeeKay: ‘Dat was totaal onverdiend’
Het seizoen van Rinus van Kalmthout verloopt nog niet zoals de Nederlander vooraf had gehoopt. In zijn vierde seizoen in de IndyCar-series is Rinus VeeKay - zoals in de Verenigde Staten bekend is - slechts eenmaal in de top tien gefinisht. Dat gebeurde uitgerekend in de belangrijkste race van het seizoen, de Indy500. Afgelopen weekeinde tijdens de Music City Grand Prix in Nashville viel het kwartje evenmin zijn kant op.
Op het natte Nashville Street Circuit wist VeeKay zich (mede door een uitgekiende pitstopstrategie) op te werken van de negentiende startplaats naar plek vier. Een topklassering raakte echter buiten zicht na een akkefietje met Alexander Rossi. Beide coureurs raakten elkaar, waarna VeeKay een lekke band opliep. Bovendien werd hij gestraft door de wedstrijdleiding voor de actie met de Amerikaan. Veekay kreeg een drive through penalty. Daardoor was hij op slag kansloos voor een topklassering.
Contact met Rossi
Uiteindelijk wist VeeKay zich nog naar de tiende plaats te rijden, maar het leed was toen al geschied. “Kort na het halverwege punt kwam ik in contact met Alexander Rossi”, blikte VeeKay terug. “Ik heb de beelden teruggekeken en het is duidelijk dat we allebei en beetje haantje-de-voorste spelen – we proberen allebei hard te racen. Echter, er was nog veel ruimte aan de rechterkant van de baan dus ik snap niet zo goed waarom Rossi zo ver naar links reed. Na ons contact had ik een lekke band en moest ik direct de pitstraat bezoeken om te wisselen.”
“Tot overmaat van ramp werd ik vervolgens bestraft met een drive through penalty. Op het moment zelf kan ik er niets aan doen: als ik de straf niet inlos, word ik namelijk gediskwalificeerd. Echter, nu naderhand kan ik wel hardop zeggen dat ik die straf totaal onverdiend vind. Vanuit het achterveld moest ik veel brandstof besparen, maar ik heb de Chevrolet toch nog naar een veertiende plaats gestuurd. Er had meer ingezeten, maar Nashville voelt als een stapje vooruit”, aldus de Nederlander.
