F1 Nieuws

Manor Racing Team: Het laatste slachtoffer van de hoopvolle lichting uit 2010

Manor Racing Team: Het laatste slachtoffer van de hoopvolle lichting uit 2010

22-04-2020 18:20
1

In 2021 is het eindelijk zover: de Formule voert een budgetlimiet in. Een ‘eindelijk’ is daarbij wel het juiste woord, want dit idee is absoluut niet nieuw. Ruim tien jaar geleden waren plannen hiervoor zelfs zover uitgewerkt dat het drie nieuwe teams naar de Formule 1 lokte. Een daadwerkelijke limiet kwam er echter nooit en dus zijn die teams ook allemaal weer verdwenen.

Eén van de teams dat wilde profiteren van het radicale plan van Max Mosley om slechts een budget van 40 miljoen toe te staan, was Virgin Racing. Richard Branson, de grote baas en oprichter van Virgin, was een jaar eerder al betrokken bij het in leven houden van Brawn GP na het plotselinge vertrek van Honda, maar zag wegens de enorme kosten af van een volledige overname.

Het team zonder windtunnel

Met de plannen voor kleinere budgetten in het achterhoofd, richtte hij dus zijn eigen team op en baarde dat eerste seizoen meteen opzien door zonder windtunnel een auto te ontwikkelen. Ontwerper Nick Wirth, die in het verleden verantwoordelijk was geweest voor Simtek, had de auto volledig met behulp van computermodellen ontworpen.

Hierdoor was Virgin Racing het enige team dat zich voor dat eerste seizoen aan die denkbeeldige grens van 40 miljoen pond wist te houden. Desondanks sloeg het team dat jaar geen slecht figuur. Het team was in de tweede helft van het seizoen constant sneller dan directe concurrent HRT en ook met Lotus konden ze het gevecht aangaan.

Het grote probleem was echter de achterstand op de overige teams. De drie nieuwkomers kwamen op geen enkel moment ook maar in de buurt van de traditionele teams. Een situatie die in 2011 niet verbeterde. Met Jean Todt aan het roer bij de FIA bleek de budgetlimiet namelijk geen prioriteit meer te hebben.

Een Russische overname

Branson was ondertussen al enige tijd uit beeld. Hij was het avontuur deels aangegaan om de strijd met vliegtuigmaatje Tony Fernandez (Air Asia) aan te gaan en had verloren. Aan het einde van 2010 verkocht hij zijn team daarom aan de Russische sportwagenfabrikant Marussia Motors en vanaf 2012 ging het team daarom door het leven als Marussia F1 Team.

Dit zou hun meest succesvolle periode blijken. Het team werd gerund door Manor Motorsport, een team dat in de lagere klassen al behoorlijk aan de weg had getimmerd en onderdeel was van Marussia Motors. Terwijl HRT van het toneel verdween, werd concurrent Caterham (eerder Lotus) vanaf 2013 structureel verslagen.

Successen met Jules Bianchi

Deze succesvolle periode was voor een groot deel te danken aan Jules Bianchi. De talentvolle Fransman wist bij de Grand Prix van Monaco in 2014 de eerste punten van het team te scoren, waardoor zelfs Sauber dat jaar verslagen werd in het constructeurskampioenschap verslagen werd. Op het eerste gezicht een geweldig seizoen dat helaas een uitermate treurig einde kende.

Jules Bianchi lag na een ongeluk in Japan in coma (en zou in 2015 overlijden), terwijl het team de laatste vier Grands Prix wegens financiële redenen niet meer aan de start kwam. Een besluit dat overigens samen met Caterham genomen werd. Caterham zou nooit meer terugkeren, maar Marussia maakte via Manor Motorsport een doorstart.

De laatste overlevende van de nieuwkomers

Zakenman Stephen Fitzpatrick kocht het team en ondanks een moeizaam begin, waarbij hij nog de woede van Bernie Ecclestone op de hals haalde door bij de Grand Prix van Australië in 2015 niet aan de start te verschijnen, kon men dankzij zijn geld nog twee jaar verder.

Het eerste jaar als Manor Marussia F1 Team met Ferrari motoren en in 2016 als Manor Racing Team met de Mercedes krachtbron. De Duitse paardenkrachten hielp hen dat laatste jaar nog aan een punt met Pascal Wehrlein bij de Grand Prix van Oostenrijk, waardoor het er nog lang op leek dat ze opnieuw Sauber zouden verslaan in het constructeurskampioenschap.

Met de grote regelwijzigingen voor 2017 op komst was Fitzpatrick echter alweer op zoek naar nieuwe investeerders. Deze kwamen uiteindelijk niet en dus werden de deuren van de fabriek in Banbury na ruim zeven jaar gesloten.

Daarmee kwam een einde aan de klas van 2010. De teams die met de hoop waren ingestapt dat zij met een ‘klein’ budget mee konden strijden. Wellicht dat een nieuwe lichting de komende jaren wel een eerlijke kans krijgt.