F1 Nieuws

Aston Martin heeft vertrouwen in Drugovich: ‘Levert topwerk’

Aston Martin heeft vertrouwen in Drugovich: ‘Levert topwerk’

14-12-2023 14:00
5

Felipe Drugovich moet nog minimaal een jaar wachten op de realisatie van zijn droom: een vaste coureur in de Formule 1 zijn. De Braziliaan keert in ‘24 wel terug als test- en reserverijder van Aston Martin. Blijkbaar heeft de voormalig kampioen in de Formule 2 zoveel vertrouwen dat hij op termijn Fernando Alonso of Lance Stroll mag vervangen, dat hij opnieuw een plekje aan de zijlijn verkoos boven racen in bijvoorbeeld de Formule E of IndyCar.

Aston Martin - dat vanaf '24 officieel Aramco Aston Martin Formula One Team heet - is in elk geval blij dat Drugovich binnenboord is gebleven. Hoewel de Braziliaan veelal buiten het gezichtsveld van het grote publiek is gebleven, heeft hij veel nuttig werk voor het Engelse team kunnen verrichten. Tom McCullough, de performance director van Aston Martin, is dan ook vol lof over Drugovich: “Als reservecoureur is hij voor ons geweldig om te hebben.”

De gedachten van de Brit gaan terug naar ongeveer twaalf maanden geleden: “Toen hij eind vorig jaar voor het eerst voor ons reed, waren we erg onder de indruk van hem. Op het moment dat hij de racesimulatie deed aan het begin van dag drie van de test in Bahrain - toen Lance geblesseerd was - was dat de eerste keer dat ik dacht: ‘Wauw, de auto is echt behoorlijk sterk’, omdat er op hetzelfde moment ook anderen een racesimulatie deden.”

Drugovich reed veel testkilometers voor Aston Martin

Het was een druk jaar voor Drugovich, die buiten de Grand Prix-weekeinden om veel in actie kwam in oudere F1-wagens van het team. “Hij heeft ruim zesduizend kilometer voor ons gereden dankzij ons testprogramma, en elke keer wordt hij steeds beter. We doen met hem kwalificaties, racesimulaties, en alles wat je nodig hebt om te racen. Hij doet veel simulatorwerk voor ons. Hij is een zeer sterke simulatorrijder. Ik ben helemaal niet verbaasd dat hij in de auto kan stappen en topwerk aflevert”, aldus McCullough tegenover onder andere GPblog.