Verandering in F1: pole in 2022 na nieuw reglement minder belangrijk

Max Verstappen stelde na de Grand Prix van Japan dat het dit jaar makkelijker was om te winnen zonder de snelste wagen op zaterdag te hebben. GPblog kijkt naar de statistieken of het inderdaad klopt dat er met de wagens van 2022 makkelijker kan worden ingehaald.

Nieuwe aerodynamische reglementen in de F1

Het team van Ross Brawn ontwierp voor 2022 nieuwe aerodynamische reglementen met als doel het inhalen te bevorderen. Door het groundeffect moeten de F1-wagens minder afhankelijk zijn van downforce van de voorvleugel en zo dichter achter elkaar kunnen rijden. Rijd je dichter achter je tegenstander, dan is de kans op een inhaalactie ook groter. Althans, dat was de bedoeling.

Volgens Verstappen is die theorie in de praktijk ook werkelijkheid geworden. ‘’Met deze wagens is het best interessant, want hiervoor moest de focus altijd op de kwalificatie omdat inhalen heel lastig was, maar nu kan je een slechte kwalificatie hebben en nog vechten en mensen inhalen op zondag. Dat is de mooie kant van de nieuwe wagens. Met de wagens van vorig jaar hadden we dit jaar niet zoveel gewonnen. Dit jaar was pole mooi, maar het betekende niet dat je de race ook zou winnen’’, stelde de Nederlander op de persconferentie.

Verstappen heeft gelijk

Als we in de cijfers duiken van de twee seizoenen, dan blijkt dat Verstappen gelijk heeft. In 2021 won elf keer de man die ook op pole stond. 11 uit 22 en dus in precies de helft van het aantal races. Daarbij moet wel gezegd worden dat één van die elf races de Grand Prix van België was, waar Verstappen geen ronde echt hoefde te racen om zijn pole in een overwinning om te zetten.

Waar het in 2021 in de helft van de gevallen de poleman was die er ook met de overwinning vandoor ging, is dat in 2022 anders. Zeven van de tot nu toe achttien verreden races werden gewonnen door de man op pole (39 procent). Met nog vier races te gaan zouden we weer precies op 11 uit 22 kunnen uitkomen, maar dat lijkt gezien dit seizoen niet logisch.

Dat Verstappen het zegt is namelijk niet gek. Met twaalf overwinning uit achttien races heeft Verstappen nu al vaker gewonnen dan in 2021, maar aan zijn aantal poles in 2021 kan hij niet meer komen. In 2021 stond Verstappen tien keer op pole, terwijl hij nu nog maar vijf keer vanaf de eerste startrij mocht starten. Dat pole minder belangrijk is geworden in 2022 is dus wel duidelijk.

Ferrari gokt verkeerd

Qua scoringspercentage blijft het voor Verstappen wel ongeveer gelijk. In 2021 verzilverde hij zeven van de tien poles (70 procent), daar waar hij in 2022 vier van de vijf poles (80 procent) wist om te zetten in een overwinning. Daaruit blijkt dus niet per se een verschil, maar de verhoudingen liggen wel anders. Van zijn tien overwinning in 2021 won Verstappen er zeven vanaf pole (70 procent). In 2022 won Verstappen er tot nu toe vier vanaf pole van zijn in totaal twaalf overwinningen (33 procent).

Voor Ferrari zijn de cijfers helemaal pijnlijk. Het Italiaanse team heeft namelijk een snelle bolide voor de kwalificatie, maar daar heeft het in 2022 veel minder aan dan in 2021 het geval was geweest. Van de achttien verreden races begon er elf keer een Ferrari-coureur vanaf de eerste startplek. Maar drie keer werd die pole omgezet in een overwinning (27 procent). De vierde overwinning van Ferrari kwam in Oostenrijk. Dat was de enige keer dat Verstappen zijn pole niet wist te verzilveren.