Met Max Verstappen en Sergio Perez beiden strijdend om de wereldtitel dit seizoen, lijkt een herhaling van de Grand Prix van Spanje uit '22 nagenoeg uitgesloten. Een jaar geleden won de Nederlander de wedstrijd, nadat Perez hem op nadrukkelijk verzoek voorbij moest laten gaan. Perez was daar allesbehalve gelukkig mee.
Verstappen, die de wedstrijd was aangevangen vanaf de tweede positie achter Charles Leclerc, leek lange tijd genoegen te moeten nemen met een tweede plek. Leclerc was namelijk de betere, en wist een ruime voorsprong op de Nederlander te creëren. Die had op zijn beurt last van een niet werkend DRS-systeem; de ene keer ging het wel open, de andere keer niet. Daardoor werd hij inhalen van andere deelnemers, bijvoorbeeld George Russell een lastig karwij.
Leider Leclerc valt uit
De wedstrijd ging volledig op zijn kop, op het moment dat Leclerc met een kapotte turbo en MGU-H de strijd voortijdig moest staken. Op dat moment reed Verstappen als derde, achter de Monegask en teamgenoot Perez. Na een vroege, derde pitstop kwam Verstappen achter de Mexicaan te zitten, die oudere banden te verstaan werd gegeven aan de kant te gaan voor de Nederlander. Perez mopperde hier flink over via de boordradio, maar deed uiteindelijk wat hem werd gevraagd.
Voor Verstappen viel daarmee alles op zijn plaats. In een race die begon met veel frustratie, kon hij alsnog flink wegrijden van Perez. Uiteindelijk zag Verstappen ruim dertien seconden voor de Mexicaan de finishvlag. Na afloop waren er op verzoek van Perez weliswaar de nodige interne gesprekken over het laten passeren van Verstappen, maar er werd al snel gezegd dat er geen verdere wrevel was in het team.
Door de zege in Barcelona greep Verstappen de koppositie in het kampioenschap, om die de rest van het seizoen ook niet meer af te staan.
