Een Formule 1 auto is uiterst complex. Met een groot aantal sensoren en meet mechanismen probeert de FIA onderzoeken of de motoren van alle teams eerlijk werken. Maar hoe makkelijk is het nu om dat te controleren?
Het afschaffen van de kwalificatiemodus is een goed voorbeeld daarvan. Het lijkt een simpele ingreep van de FIA: Bedoeld om de teams met sterkere motoren zwakker te maken, zodat het veld dichter bij elkaar komt. Echter, we weten allemaal dat de teams streven naar een maximaal resultaat. De F1-wagens beschikken namelijk ook over vele andere modi die in de race weer wel toegepast kunnen worden. Daardoor zal het gat tussen bijvoorbeeld de topteams en het middenveld vanaf Monza in de race misschien alsnog groter zijn dan de FIA hoopt.
FIA denkt er toch anders over
De FIA zelf is echter van mening dat het verbod op de kwalificatiemodus toch het gewenste effect gaat hebben: "In veel gevallen is het, volgens de FIA, vrijwel onmogelijk om ervoor te zorgen dat verzoeken tot wijziging van de motor inderdaad voor de door de regelgeving toegestane doeleinden worden toegepast en geen gevolgen hebben voor de prestaties."
