Een kleine twee weken na het dodelijke ongeluk in Spa van Anthoine Hubert is het logischerwijs nog steeds een onderwerp van gesprek. De jonge Fransman werd drie dagen geleden onder grote belangstelling begraven. Jan Lammers komt nog eens terug op het ongeluk en gaat in op de veiligheid van de sport.
Anthoine Hubert overleed na een zwaar ongeval even voorbij Eau Rouge. Gelukkig zijn dit soort dodelijke ongelukken eerder uitzondering dan regel en dat was in de tijd van Jan Lammers wel anders: “Het racen is een stuk veiliger geworden maar het ongeluk van Hubert laat zien dat het grootste gevaar zit in snelheidsverschillen. Als een auto die praktisch stilstaat wordt aangereden door een auto die met 200 km per uur aan komt rijden, heb je geen enkele kans”.
“Dat ongeval heeft ons allemaal erg aangegrepen. Die jongen zat ik het voorportaal van de Formule 1. Ik heb zelf een jongen van 11 en wij gaan elke week naar de kartbaan. Dat zet je dan ook wel eens aan het denken na zo’n ongeluk. Het zijn enorme dilemma’s, maar het is wat die jongens willen doen”, vervolgt de Nederlander tegenover Motorsport.
Een dag later moesten de mannen van de Formule 1 weer hun auto instappen maar Jan Lammers denkt niet dat ze angstiger waren dan normaal: “Angst is niet het juiste woord, de jongens op de grid kunnen daar wel mee omgaan. Maar het gevoel dat de rijders hebben zodra ze langs de plek komen waar Hubert is verongelukt is vervelend. Elke ronde weer. De coureurs rijden zo’n dag met tegenzin en dat merkte je na de race waar iedere coureur zijn prestatie kan relativeren, en ze vooral blij waren dat ze weer terug konden naar vrienden en familie".
