F1 Nieuws
Seidl heeft slecht nieuws: ''In 2023 pas meedoen voor podia en overwinningen''
Nadat McLaren jarenlang werd uitgelachen door fans en volgers van de Formule 1, is het tij opeens gekeerd. Nadat uitspraken van Fernando Alonso en Zak Brown op de lachspieren werkten, zorgt Andreas Seidl voor de rust en zorgen Norris en Sainz voor de gunfactor.
Het diepe dal
De terugkeer naar Honda-motoren was simpelweg geen succes. Natuurlijk kan je als team het beste een eigen motor hebben, maar Honda moest nog van te ver komen en met een stercoureur als Alonso nam McLaren zichzelf in 2015 teveel op de hals. De frustratie liep op en de Spanjaard is nooit een man geweest die die frustratie voor zich kan houden.
Men moest dan ook wel lachen toen McLaren met Renault-motoren en na veel grootspraak, ook in 2018 niet vooruit wist te komen. Eric Boullier werd uit het team gezet en Alonso vertrok zelf uit de Formule 1. In 2019 kwamen daar Andreas Seidl, James Key, Lando Norris en Carlos Sainz voor terug en met die nieuwe wind lijkt iedereen het McLaren dan ook weer te gunnen.
Frisse wind
Toch blijft Seidl rustig onder al die hoop en verwachtingen van de fans, want volgens de teambaas van McLaren moeten we nog tot 2023 wachten voordat het team terugkeert aan de top. ‘’In 2021 wordt de budgetcap ingesteld en het is mooi dat McLaren dat ook volledig wil investeren. Op die manier kunnen we meedoen aan de top, maar dat heeft wel tijd nodig’’, zegt Seidl tegen Auto, Motor und Sport.
‘’De topteams kunnen nu nog dubbel zoveel uitgeven aan de 2021-wagen en wij kiezen er bewust voor om niet alles al op 2021 te zetten. Wij willen namelijk de stijgende lijn doorzetten in 2020. Als de budgetcap echt zijn werk gaat doen, dan moeten we mikken op podiums en overwinningen in 2023. Eerder lijkt mij niet reëel.’’
Gat naar de top
Wijze woorden lijken er nu dan eindelijk bij McLaren vandaan te komen(in tegenstelling tot Renault) en Seidl ziet ook waar het verschil zit met de top. ‘’Zij hebben een betere infrastructuur, betere procedures, methodes en processen om veel efficiënter te werken. Daarnaast hebben zij ook veel zelfvertrouwen, zonder dat het overslaat in arrogantie’’, is de Duitser complimenteus.
‘’Het gat naar de top was in 2019 tussen één en een halve seconde. De topteams kunnen elke week presteren, omdat hun wagen overal goed werkt. Wij hadden, net als de meeste teams in het middenveld, een wagen met te weinig downforce en die te gevoelig is. Voor de komende seizoenen mikken we dan ook op een wagen die het vermogen uit alle omstandigheden kan halen’’, besluit Seidl.
Voor 2020 kunnen we dus een stijgende lijn van McLaren verwachten, maar geen wonderen. Het podium van Sainz in Brazilië was zeker geen voorteken, dus moeten de fans van McLaren echt nog even wachten voor de tijd van succes weer aanbreekt.
