F1 Nieuws
Symonds wuift nadelige gevolgen standaardiseren weg: "Valt genoeg te verdienen"
Richard Verweij
Geen tientallen miljoenen meer die worden gepompt in het vinden van 0,1 seconde rondetijd vanaf 2021: Teams zullen het moeten doen met (naar alle waarschijnlijkheid) 175 miljoen dollar per seizoen. Om dat voor elkaar te krijgen, zal een aantal onderdelen gestandaardiseerd worden, maar ook dat heeft negatieve gevolgen. Volgens Pat Symonds, de hoogste technische baas van de Formule 1, valt het allemaal wel mee.
Het argument ‘alles lijkt dan op elkaar’ wordt er geregeld bijgehaald, maar er speel nog iet anders mee: Veel van de onderdelen die teams nu gebruiken, zijn ingekocht bij een leverancier. Sommige onderdelen worden zelf gemaakt en sommige gekocht bij andere teams, maar flink wat vleugeltjes en andere onderdelen komen van kleinere fabrikanten. Fabrikanten die buitenspel worden gezet door het kiezen van één (vaak grote) leverancier.
“Het standaardiseren van onderdelen is nu eenmaal nodig om voor financiële gelijkheid te zorgen op de grid. Zelfs als we een budgetcap hebben. We hebben een sport waarin kleine verschillen bestaan, maar ongeacht hoe klein die zijn, grote teams kunnen die veel makkelijker vinden als ze met geld smijten.”
“We snappen ook dat dat het hebben van één leverancier voor bepaalde onderdelen gevaren kan vormen voor de sport en de productieketen, maar iedereen weet dat mijn collega’s en ik flink wat tijd besteden aan het maken van een keuze voordat we écht kiezen voor één leverancier. Daarnaast valt er nog voldoende te verdienen als leveranciers de tenders (inschrijving voor het fabriceren van een standaard onderdeel) winnen.”
