F1 Nieuws
Mansell: "Coureurs van nu zullen nooit weten hoe een échte F1-wagen aanvoelt!"
Richard Verweij
Scheuren in een doodskist op wielen: De Formule 1 van tegenwoordig is dermate veilig geworden dat daar geen sprake meer van is. Maar vroeger, toen riskeerden coureurs hun leven nog, al was het maar om te voelen hoe het is om met een bloedsnelle en ultralichte racewagen over het asfalt te scheuren. Tenminste, zo blikt de legendarische besnorde Brit Nigel Mansell terug op zijn tijd in de koningsklasse.
“Die turbo-wagens van toen: Dat waren de meest beangstigende en opwekkende auto’s waarmee je kon rijden. De Williams FW11B: Niets zal ook maar in de buurt van die auto komen. De Formule 1 zal nooit terugkeren naar dergelijke wagens en zodoende zullen de huidige coureurs op de grid nooit weten hoe een échte F1-wagen aanvoelt”, klinkt de Brit bijna met medelijden in Auto (het magazine van de FIA).
“Reed je de kwalificatie, dan had je tot wel 1500PK onder je voet zitten: De geruchten bestaan nog steeds dat BMW zelf nóg meer had. Wheelspin in de zesde versnelling op een recht stuk met 180 (mijl per uur): Dat kan je gewoon niet in woorden uitdrukken. Het was alsof de auto je in elke bocht om het leven wilde brengen.”
“Op het oude Silverstone weet ik nog dat we plankgas over de Hangar Straight gingen en Stowe namen zonder van het gaspedaal af te gaan. Op het oude circuit stonden daar nog palen en weet ik veel wat nog meer. Daarna nam je Club, wederom zonder van het gas te gaan. Was je daardoorheen, dan haalde je toch even diep adem: Je had het weer een rondje overleefd.”
