Column
Waarom de rentree van Honda een succes voor Liberty Media en FIA is
Het gaat de Formule 1 momenteel voor de wind; de fanbase is enorm, een groeiend aantal landen wil een Grand Prix organiseren en sponsoren staan in de rij. Toch het beste bewijs dat de toegenomen status van het kampioenschap is de aantrekkingskracht die er momenteel van de grootste automerken is. Dat Honda koste wat kost zijn rentree in de Formule 1 wilde maken, is alleszeggend en een beloning voor het beleid van Liberty Media en de FIA
Het is een bijzonder rijtje inmiddels: Red Bull-Ford, Ferrari, Mercedes, Alpine (Renault), Audi, nu Aston Martin-Honda en mogelijk ook Andretti-Cadillac. Allemaal (soort van) fabrieksteams die vanaf 2026 de Formule 1-grid vullen. Waarschijnlijk dat ze op de hoofdkantoren van Formula One Management (FOM), Liberty Media en de FIA met enige trots al die namen bekijken. Dat een merk als Honda terugkeert, is mede te danken aan de transformatiewerkzaamheden van FOM-CEO Stefano Domenicali en co, en de autosportbond.
F1 is weer sexy
Zij hebben de Formule 1 samen een totaal nieuw gezicht gegeven, passend in de huidige tijd (bijvoorbeeld op sociale media), waardoor ze een nieuwe generatie fans hebben weten te raken. Mede dankzij hen is de Formule 1 weer sexy. Hoe anders was dat op het moment dat Liberty Media de Formule 1 overnam van de conservatieve Bernie Ecclestone: veel minder fans, die vooral relatief oud waren.
Mede daardoor waren er nauwelijks fabrikanten die hun naam wilden verbinden aan F1. Het was simpelweg niet aantrekkelijk genoeg om tientallen miljoenen te besteden aan een klasse die steeds minder zichtbaarheid bij een brede, mondiale groep mensen had. Tenslotte moeten de investeringen die automerken voor de F1 doen, zich uiteindelijk terugbetalen in de (toenemende) verkoop van personenwagens. Als niemand merkt dat je in de Formule 1 meedoet, wat voor zin heeft het om dan enorme budgetten voor deze vorm van autosport vrij te maken?
Verduurzaming is de sleutel
Lange tijd kleefde er aan de Formule 1 bovendien het imago dat het een vervuilende sport was. Grotendeels terecht, maar sinds de komst van Liberty Media is één van de doelstellingen het verduurzamen van de sport. Zonder een volledig elektrische klasse zoals de Formule E te worden, heeft de F1 al de nodige stappen gezet om de CO2-uitstoot drastisch te verminderen. Dat gebeurt onder andere met de nieuwe motoren, die vanaf ’26 gebruikt moeten worden. In de wetenschap dat personenauto’s (in elk geval in de Europese Unie) van de fossiele brandstoffen af moeten, zijn de ontwikkelingen die de Formule 1 voorstaat met hun motoren voor fabrikanten razend interessant. Natuurlijk is en blijft de F1 de proeftuin voor het normale personenverkeer.
De Formule 1 is straks weer een echt merkenkampioenschap, met toonaangevende fabrikanten die hun volledige focus hebben op de Formule 1. Geen van deze merken gaat genoegen nemen met een bijrol, dus de investeringen zullen op alle gebieden maximaal zijn. Hopelijk - zo zullen FOM en de FIA denken - zorgt dit voor spectaculaire races, waarin de totaal verschillende teams enorm aan elkaar zijn gewaagd. Ook dat zou weer geweldig zijn voor de sport.
Ook FIA is tevreden
FIA President Mohammed Ben Sulayem was in elk geval blij met rentree van Honda: “De aanhoudende interesse van wereldwijde autogiganten zoals Honda toont eens te meer aan dat het motorenreglement '26 dat is opgesteld door de FIA in samenwerking met FOM en de huidige fabrikanten precies de juiste balans heeft gevonden om ervoor te zorgen dat het Formule 1 kampioenschap op het hoogste niveau blijft. Het is leidend qua technologische innovatie, duurzaamheid en concurrentie. Zoals we eerder dit jaar aankondigden, hebben niet minder dan zes van deze marktleiders hun deelname aan de cyclus van 2026-2030 geregistreerd – Alpine, Audi, Ferrari, Honda, Mercedes en Red Bull Ford – en ik ben erg blij dat Honda besloten heeft om terug te keren naar de grid met het Aston Martin-team.”
