Column
F1 bestaat niet meer: 'Het is nu Formule Hollywood'
Bernie Ecclestone heeft onlangs pittige uitspraken gedaan over de Formule 1. In zijn ogen wordt 'de sport' steeds meer uit de Formule 1 verdreven. In een beklag over het verliezen van de Duitse Grand Prix, en daarmee ook de Duitse achterban, denkt de mediamagnaat dat de grens tussen sport en entertainment steeds verder vervaagt, zeker nu de focus steeds meer richting Amerika verschuift. Zit hier een kern van waarheid in?
Het commentaar en de geschiedenis
Enkele decennia lang waren de commerciële rechten van de F1 exclusief in handen van Ecclestone. Vanaf halvewege de jaren '10, terwijl de meeste andere sporten inzagen dat het nieuwe mogelijkheden kon bieden om meer betrokken te zijn met de fans, hield Ecclestone vast aan het idee dat de komst van sociale media niet meer dan een rage was en de structuur van het mondiale sportlandschap niet zou opschudden.
Deze nieuwe kijk op de sport noemde de markante zakenman "Formule Hollywood", waarmee hij zijn ongenoegen uitte over de manier waarop Liberty Media de sport heeft overgenomen. In hoeverre heeft Bernie Ecclestone een punt? We nemen een kijkje.
Eens
Hoe gebrekkig de formulering ook is, Ecclestone's opmerking is niet misplaatst. Het is logisch dat je je overweldigd voelt door de constante output van de mediamolens in de F1. Want met 'Drive to Survive', acht miljoen abonnees op het F1-YouTube kanaal, constante posts op sociale media en een overvloed aan mediabelangstelling, lijken de grenzen tussen sport en reality-tv soms inderdaad bijna te vervagen.
Op dit gebied schiet de Formule 1 tekort ten opzichte van andere sporten. Veel sporten hebben de luxe dat ze een veel groter aantal teams en spelers kunnen volgen met regelmatiger sportwedstrijden. Er zit dus een reden achter de constante film- en mediabelangstelling. De F1 heeft slechts 20 persoonlijkheden (30 als je de teambazen meetelt), waardoor het best te vergeven is als je je soms een beetje overweldigd voelt door de stroom aan media-aandacht.
Oneens
Wat betreft de opmars in Amerika; dat is te danken aan de planning van Liberty Media. De hyperfixatie op de Noord-Amerikaanse markt, mede door de Netflix-serie Drive to Survive en een groter aantal races in de VS, is een belangrijke factor in het herstel van de F1-kijkcijfers in de Verenigde Staten. Men zal niet snel vergeten hoe nijpend de situatie was na de Grand Prix van 2005 in de VS. Daarom kunnen deze plannen worden bedankt voor de groei van de sport.
Als de F1 het gebruik van digitale content niet had opgepakt om het merk bij meer mensen onder de aandacht te brengen, zou het niet eens onderdeel zijn van discussies over 'de grootste sporten ter wereld'. Hoewel de sport vanaf de buitenkant zeer aantrekkelijk lijkt - wie houdt er immers niet van agressief ogende auto's die met hoge snelheden rijden - zouden veel mensen niet zo geïnteresseerd zijn geweest in de sport als de toegangsdrempel niet zo laag zou zijn. Met de toegankelijkheid van verschillende media en vermakelijke vormen van interactie is de eens zo complexe sport voor meer mensen begrijpelijk en plezierig geworden.
