Brandstof sparen is voor veel kijkers een doorn in het oog. Waarom kunnen we niet gewoon volop racen net zoals vroeger? Het is een veel gestelde vraag, die met een nieuwe regel werd beantwoord door Liberty Media. Het brandstoflimiet is voor 2019 namelijk opgeheven, maar dit is een enorme kostenpost zonder resultaat.
Het probleem is namelijk de efficiëntie van de huidige Formule 1-teams. De teams berekenen exact hoeveel benzine ze nodig hebben voor een Grand Prix om zo snel mogelijk de race af te leggen. Hoe lichter de wagen, des te sneller je bent, dus de wagens staan nooit aan de limiet qua brandstof. De limiet staat nu op 105 kilogram per uur, maar de teams komen niet eens aan dat aantal.
De regelwijziging lijkt dus voornamelijk voor de bühne, zodat er wat goodwill kan worden gekweekt onder de fans. De teams zullen er echter niet blij mee zijn, want voor de enkele race waar extra liters wel handig zijn, moet dus de hele tank opnieuw worden gebouwd voor volgend jaar. Waar Force India liever de tank van dit jaar had gekopieerd op de wagen van volgend jaar, moet er nu €250.000,- worden uitgegeven om mee te gaan met deze regelwijziging.
Voor topteams is dit bedrag natuurlijk geen enkel probleem, maar voor de kleine teams is dit natuurlijk een enorme tegenvaller. Als je vervolgens ziet dat er tijdens de race geen verschil is, dan is het wel een duur grapje voor het blij maken van de fans. De slogan van Ross Brawn (simpeler, luider en goedkoper) gaat dan ook niet meer op, want nu wordt het duurder voor iets wat totaal geen functie heeft.
