Ruim vijf miljoen Nederlanders zagen afgelopen december hoe Max Verstappen wereldkampioen in de Formule 1 werd. Daarmee werd Formule 1-presentator Rob Kamphues in één klap onderdeel van Nederlandse sport- en televisiehistorie. In een driedelig interview met GPblog kijkt Kamphues terug én vooruit. Vandaag het eerste deel.
Ben je al een beetje bijgekomen van het afgelopen seizoen?
“Nou, ik ben meteen doorgegaan. Bij Ziggo ben ik al heel druk bezig met volgend seizoen. Ook waren er repetities voor mijn nieuwe theatershow met Tom Coronel en Rob van Gameren. Zodra Tom uit Dakar terugkomt, staan er twintig schouwburgen geboekt. We hebben er nog geen publiciteit aan besteed, omdat we toch niet weten of het doorgaat (vanwege de coronamaatregelen). Maar als het doorgaat, moet er natuurlijk wel een show zijn. Die voorstellingen worden allemaal anderhalf jaar van tevoren geboekt, dus we hopen dat we mogen.”
Als je een beetje rekent, heb je afgelopen jaar zeker honderd uitzendingen gedaan?
“Ja, als je Crashen in de Keuken meerekent. Het wordt niet minder komend jaar!”
Vertel!
“Ik ga de MotoGP en de Formule 1 presenteren bij Ziggo. Vanaf ergens eind februari starten we op vrijdagavond we met het Race Café. Daarin komt ook bijvoorbeeld Formule E, DTM, IndyCar en NASCAR aan bod. Als er Formule 1 is, dan doen Robert Doornnbos en ik op zaterdagmiddag de nabeschouwing van de kwalificatie. Eigenlijk niet anders dan dat we nu deden. Op zondagavond komt er in een Formule 1-weekend - ik weet het tijdstip niet precies - ook een Race Café. Daarin komt de Formule 1 en alle auto- en motorsport die er dat weekend is geweest. Dan zie je ook de samenvatting en de analyse van de Formule 1. Ook ga ik met Robert de voor- en nabeschouwing van de Formule E doen.”
En dus MotoGP?
“Ja, ik ga ook de MotoGP voor- en nabeschouwing presenteren. Toevallig heb ik deze week allemaal screentests meegedaan. We zijn nu druk op zoek naar analisten uit de motorsport. Motorcoureurs zijn ontzettend leuk volk. Alle autocoureurs kijken met ontzag naar de motorcoureurs. Als wij onszelf stoer vinden, dan hoeven we maar even naar de MotoGP te kijken. We weten in dat geval meteen dat wat wij doen, daarbij niet in de schaduw kan staan. Daarom vind ik het heel leuk om me nu hierop te storten.”
“Als je hobby je beroep wordt, dan heb je een nieuwe hobby nodig. Formule 1 was natuurlijk altijd mijn hobby, keek ik altijd op zondag. Ik zit nu al zeven jaar in de studio. Iets van die lol gaat er dan wel af. Dus wat ik deed zodra ik thuiskwam: dan keek ik Moto3, Moto2, MotoGP allemaal terug. Nu wordt dat weer mijn werk, dus of dat nou zo slim is (lacht)? Ik vind het wel heel leuk, want ik ben meer een buitenstaander in de motorwereld dan in de autowereld. Ik race zelf in auto’s en kan me een voorstelling maken hoe het is om met 4G, 5G door een bocht te razen. Ja, bij mij is het 3G. Ik snap dat het nog veel zwaarder kan. Een motorfiets is totaal anders. Vind ik heerlijk! En daarnaast bestaat dat motorvolk wel uit schoffies. Het zijn types. Daar tv mee maken, is iets om naar uit te kijken. We hopen een groter publiek te trekken, door het toegankelijk te maken op een entertainmentachtige manier. Net zoals het Formule 1 Café.”
Lees hier het tweede deel van het interview met Rob Kamphues.
